Misschien Aristole, zoals gewoonlijk ...

Zie Historia Animalium (vertaald door D'Arcy Wentworth Thompson), Boek II.8:

Sommige dieren delen de eigenschappen van de mens en de viervoeters, zoals de aap, de aap en de baviaan. De aap is een aap met de staart. De baviaan lijkt qua vorm op de aap, alleen dat hij groter en sterker is, meer als een hond in zijn gezicht, en meer woest is in zijn gewoonten, en zijn tanden zijn meer hondachtig en krachtiger.

De aap [...] heeft ook armen als de mens, alleen bedekt met haar, en hij buigt deze benen als een mens, met de welvingen van beide ledematen naar elkaar gericht. Bovendien heeft het handen en vingers en nagels zoals de mens, alleen dat al deze delen wat meer beestachtig van uiterlijk zijn. Zijn voeten zijn uitzonderlijk van aard. Dat wil zeggen, ze zijn als grote handen, en de tenen zijn als vingers, met de middelste de langste van allemaal, en het onderste deel van de voet is als een hand behalve de lengte, en strekt zich uit naar de ledematen zoals de palm. van de hand; [...].

Boek II.9:

De aap is, zoals is opgemerkt, voorzien van een staart. In al dergelijke wezens worden de inwendige organen onder dissectie aangetroffen om overeen te komen met die van de mens.

Maar ik heb geen (poging tot) verklaring gevonden door Aristoteles.

Ik denk dat we het zogenaamde "Ladder of Life" (of Great Chain of Being) -systeem van classificatie van organismen als een soort verklaring moeten beschouwen.